Apothekers geven niet altijd mee wat arts voorschrijft

Generiek middel in plaats van merkmedicijn

Als je bij de apotheek komt, verwacht je dat je het medicijn meekrijgt dat de arts heeft voorgeschreven. Maar dat blijkt vaak dus niet te gebeuren, zo blijkt uit een peiling van de Patiëntenfederatie Nederland. In plaats van het voorgeschreven medicijn, geeft de apotheek vaak een medicijn van een ander merk mee. Ook als de arts specifiek aangeeft dat de patiënt het merkmedicijn nodig heeft. Waarom krijg je vaak een ander middel mee, en wat zijn daarvan de consequenties?

Een merkmedicijn is duurder

Merkmedicijnen zijn duur. Het op de markt brengen van een nieuw medicijn kost namelijk heel veel tijd en geld. Een generieke medicijn, dat een kopie is van het merkmedicijn, is goedkoper. Er komen immers veel minder ontwikkel- en productiekosten bij kijken. En daarom hebben de verzekeraars in Nederland liever dat patiënten een generiek middel gebruiken. Generieke medicijnen bevatten dezelfde werkzame stof als het merkmiddel. Er worden bij de productie echter wel vaak andere hulpstoffen gebruikt.

Afwijkende hulpstoffen

Op papier zouden generieke en merkgeneesmiddelen precies dezelfde werking moeten hebben. In de praktijk blijkt dat echter niet zo te zijn. Sommige mensen krijgen bij generieke geneesmiddelen last van bijwerkingen. Of ze merken dat het medicijn minder goed werkt. Dat zou verklaard kunnen worden door de afwijkende hulpstoffen in het generieke middel. Een aantal patiënten reageert daar gevoelig op.

Medische noodzaak

Artsen weten dat de apotheek in principe een generiek middel moet meegeven. Vindt de arts het echter noodzakelijk dat de patiënt het merkmedicijn krijgt, dan kan hij dat aangeven op het recept. Nu blijkt dat apothekers deze ‘m.n.’ (medische noodzaak)-toevoeging regelmatig negeren. Van de 2893 panelleden die meededen aan de peiling, kreeg ruim een kwart een geneesmiddel van een ander merk in plaats van het voorgeschreven merkmedicijn mee naar huis.

Waarom ‘medische noodzaak’ genegeerd wordt.

Verzekeraars zetten de apothekers flink onder druk om de patiënt toch een goedkoper medicijn in de maag te spitsen. Een apotheker kan bijvoorbeeld flink gekort worden op zijn inkomsten als het teveel merkmedicijnen meegeeft. Daarnaast zijn niet alle apothekers onder de indruk van het bijschrift ‘m.n.’. Apotheker Aris Prins zegt zo’n 90 procent van deze aanwijzing op het recept te negeren. “Natuurlijk zijn er mensen die baat hebben bij een specifiek merkmiddel. Maar dat is echt een minderheid. Medische noodzaak is de meest gedevalueerde term ooit,” zegt hij in de Volkskrant.

Last van wisselende medicijnen

Dianda Veldman, directeur van de Patiëntenfederatie Nederland, is niet blij met de resultaten uit de peiling: “Sommige mensen reageren heel slecht op steeds wisselende medicijnen. Het kan dan weken duren voor iemand weer goed is ingesteld. Dat moeten we voorkomen, noodzaak is noodzaak.” Patiënte Danielle Bouwmeester heeft slechte ervaringen met een migrainemiddel van een ander merk. Sinds ze dit meekrijgt van de apotheek is ze “er alleen maar zieker op geworden”, legt ze uit in een filmpje op RTLnieuws.

Wat te doen als je een ander merk medicijn meekrijgt?

Krijg je zelf een middel mee van de apotheek van een ander merk, raak dan niet in paniek. Het is niet altijd het geval dat een ander merk medicijn een negatieve werking heeft. Volgens apotheker en hoogleraar farmaceutische patiëntenzorg Marcel Bouvy “denken mensen bij een goedkoper middel dat ze de troep van de Action krijgen”, terwijl elk middel zeer streng wordt gecontroleerd. In principe kan het dus geen kwaad. Krijg je toch last van bijwerkingen of andere klachten, overleg dan met je apotheek en huisarts.

Bronnen: Patiëntenfederatie Nederland, Volkskrant, Zorg.nu, RTL nieuws